Bacteriën en mondflora

De mondflora en bacteriën

We weten inmiddels dat bijna alle mondproblemen ontstaan door tandplak en de bacteriën die daar in zitten.

Maar wat is tandplak precies? en hoe kan je dat voorkomen of bestrijden?

 

Waar het allemaal begint

De opbouw van een mondflora.
Tijdens de geboorte komt een kind voor het eerst in aanraking met bacteriën.
Dit zijn in de allereerste uren de vaginale bacteriën van de moeder en in de periode daarna is de samenstelling van de mondflora afhankelijk van de personen en dingen uit zijn omgeving.
Zo kan vader of moeder al bacteriën doorgeven door bijvoorbeeld even een speen af te likken.
De bacterie: Streptococcus Salivarus is de eerste bacterie die in de mond komt, en deze zit voornamelijk in het mondslijmvlies.
Als er tanden doorbreken dan pas verandert duidelijk de mondflora.
Er komen een heleboel soorten bacteriën bij zoals Streptococcen, Spirocheten en Fusobacteriën.
Veel van deze bacteriën kunnen beter hechten als er hard weefsel in de mond zit zoals tanden.

 

De vorming van tandplak

Op tandoppervlak wat net helemaal schoon gepoetst is, zullen er binnen enkele seconden proteïnen uit speeksel hechten.
Het laagje glycoproteïnen op het glazuur wordt pellicle genoemd.
Mondbacteriën hechten zich vervolgens aan deze pellicle laag.
Na reiniging in je mond kunnen de eerste bacteriën al binnen twee uur op het glazuur worden gezien.
In het begin zijn dat vooral de Streptokokken bacteriën, maar naarmate de plaklaag dikker en ouder wordt zullen er andere  agressievere soorten bijkomen.
In een monster van een klein beetje tandplak kunnen al 40 soorten bacteriën voorkomen.
De bacteriesoorten verschillen van plaats in de mond, en uit onderzoek weten we dat er rond de 300 bacteriesoorten zijn die in je mond leven.

 

Snel tandplak?

Er zijn personen waarbij er in de mond snel tandplak vormt en personen waar dat langzamer ontstaat.
Factoren die een rol spelen bij de snelle ontwikkeling van tandplak:

  • De conditie van het tandvlees, als je tandvlees ontstoken is, zal dit een bron vormen waar bacterien zich snel in nestelen.
  • Het suikergebruik ( Dit is eerder beschreven in blog over suiker)
  • De speekselvloed, speeksel heeft een reinigende werking in de mond.
  • De aanwezigheid van retentieplaatsen, dit zijn plaatsen waar je niet makkelijk bij kan met tandenpoetsen of interdentaal reinigen.

Veel mensen hebben in hun mond een soort basis-plak. Deze tandplak is niet cariogeen dat wil zeggen dat deze niet zo snel gaatjes veroorzaakt.
Maar wanneer je meer suiker neemt zullen er andere zuurvormende bacteriesoorten deze basis overnemen en krijg je gaatjes.
Dit komt omdat deze bacteriesoorten een grotere groeisnelheid hebben dan andere bacteriën bij een lage pH waarde in de mond.
Neem je vervolgens minder suiker dan nemen deze bacteriën af.

 

Tandplak en tandvleesontsteking

Het ontstaan van tandvleesontsteking komt door een verstoring in evenwicht tussen aanval en verdediging.
De bactérien in tandplak zijn de aanval en de afweer zijn de reinigende werking van speeksel  en lichaamseigen antistoffen.
Maar de belangrijkste verdediging is tandenpoetsen!
Als tandplak zich ophoopt in de rand van het tandvlees ontstaat binnen enkele dagen ontsteking.
Maar als het tandvlees grondig wordt gereinigd en dit vervolgens goed zal worden bijgehouden geneest het.
Wanneer de tandvleesontsteking niet geneest zal het aantal anaerobe bacteriën toenemen en zal na 3 maanden een hele andere mondflora ontstaan.
Veelal speelt ook een verminderde weerstand (door bijvoorbeeld ziekte), stress of genetica een rol bij de ontwikkeling van Parodontitis.
We spreken van parodontitis wanneer de ontsteking van het tandvlees ook het parodontium betrekt zoals kaakbot en vezels.

 

Hoe ontwikkelt tandsteen?

Na enkele dagen zal in de diepere lagen van tandplak het begin van tandsteenvorming worden waargenomen.Wanneer de pH waarde in de mond hoog is, in combinatie met fosfaat en calcium dan ontstaat er tandsteen.
In principe hebben bacteriën geen rol bij het ontstaan van tandsteen.

 

Producten tegen tandplak en bacteriën.

Middelen die tandplak tegen gaan zijn  in te delen in 4 groepen:

1)Antibiotica

2)Antiseptica

3)stoffen en enzymen die de ontwikkeling van tandplak remmen en afbreken.

4)stoffen die de aanhechting van bacteriën aan de pellicle en aan elkaar remmen.

De meest bekende stoffen die vaak gebruikt worden in tandheelkundige producten zijn:

  • Chloorhexidine (bacteriedodende werking) te gebruiken als spoelmiddel, tandpastagel en lak voor de tandartspraktijk
  • Triclosan(bacteriedodend)
  • Plantenextract Sanguinarine ( groeiremmende werking)
  • Zink(groeiremmende werking)
  • Waterstofperoxide (groeiremmende werking)
  • Tinfluoride( groeiremmende werking)
  • Actief zuurstof(groeiremmende werking)
  • Natriumbicarbonaat( in hoge concentraties ook antimicrobieel)
  • CPC ( remt de aanhechting van bacteriën aan pellicle)

Tot slot is het belangrijk om te weten dat je met een gezonde mond (zonder klachten) geen stoffen nodig hebt met een bacteriedodende of remmende werking.
Een normale tandpasta met fluoride is voldoende voor een schone mond.
Wanneer je wel klachten in de mond hebt is het handig eerst advies in te winnen bij de tandarts of mondhygieniste. 

Zij kunnen een goed advies geven over producten met antibacteriële of bacterieremmende stoffen erin.
Om verstoring in de mondflora te voorkomen is het niet verstandig dit soort producten voor een langere tijd te gebruiken, ook ivm mogelijke bijwerkingen